Afasie

Na zijn laatste beroerte begreep hij niet alles meer en hij kwam moeilijk uit zijn woorden. Afasie had de dokter tegen hem gezegd. Sindsdien dacht hij dat hij zo heette.

Een verpleegster, gehuld in een lieve lach en stralend witte tanden, kwam zijn bed verschonen. Zorgzaam boog ze zich over hem heen.

Hij rook haar parfum, hij zag haar lippen.

‘Zuster…’

'Ja meneer?'

Zijn trillende hand wees naar haar welgevormde mond.

‘Wat heeft u een prachtige… eh… paardenschuur.’

 

  

Afbeelding: https://www.rijksmuseum.nl/nl/zoeken/objecten?q=sterfbed&p=4&ps=12&st=OBJECTS&ii=10#/RP-P-OB-64.647,46

 

© 1981 Paul Christiaan Smis