Brexit 2, Het Grote Verlaten

 

16. jul, 2016

 

Het stof spatte op en het stof is gaan liggen. De grootste paniek is nu wel zo’n beetje voorbij. De wereld is niet vergaan, Groot-Brittannië drijft nog steeds. Weliswaar dobbert het nu, politiek gezien, een ietsje verder weg dan voorheen, maar we kunnen de Engelsen nog steeds zien en zij ons.

Na de Brexit was er internationaal de angst voor een domino-effect. Andere landen zouden de Europese Unie ook wel eens kunnen verlaten. En wat blijft er van een groep over als de individuen wegrennen? Een begrijpelijke angst, een groepsangst.

Is de vrees van de lidstaten van de Unie terecht? Misschien wel, maar in een andere vorm dan de deelnemende lidstaten het willen doen voorkomen. Het is natuurlijk mogelijk dat een land als Griekenland verzocht wordt uit te treden; financieel malverseren kent zijn grenzen. Toch is dat anders dan dat bijvoorbeeld Denemarken op een dag boos wegloopt, omdat men daar Brussel niet meer aardig vindt. Dat zal ook niet gebeuren. De meeste Unielanden zullen de voordelen van de groep groter vinden dan de nadelen. En de enkeling die er toch vandoor gaat, ach, ik weet niet of we Hongarije, Roemenië of Bulgarije echt zullen missen.

Nee, er loert een ander gevaar. Door de Brexit is er een andere en meer onverwachte geest uit de fles. Een ongewenste geest ook, als je het mij vraagt. Op het gevaar af dat niemand het mij vraagt, zal ik uitleggen over welke geest ik het heb. Landstreken! Landstreken, provincies, deelstaten of hoe je een onderdeel van een land ook wilt noemen, dié zullen zich proberen los te maken.

Onwaarschijnlijk? Kijk eens naar Schotland. Schotland wil, nu zij door Groot-Brittannië gedwongen wordt uit de Europese Unie te stappen, zelf het Verenigd Koninkrijk verlaten. En zal dat herrie geven? Nou en of, daar gaat heel wat meer stof opwaaien dan na de Brexit. Schotland en Engeland hebben, als het gaat om wel of niet samen zijn, een bijzonder “stoffige” geschiedenis. Wales en Noord-Ierland hebben zich nog niet laten horen in deze kwestie, maar wie weet. Ook zij hebben zich, eeuwen geleden, niet helemaal vrijwillig met het almachtige Engeland “verenigd”.

En hoe is dat in andere landen van de Unie? Catalonië wil Spanje verlaten. Spanje wil dat niet; daar komt gedonder van. Baskenland streeft iets soortgelijks na. Noord-Italië wil los van de rest van het land. Transsylvanië zet zich af tegen Roemenië. Corsica houdt niet van Frankrijk. Vlaanderen neemt het liefst nog vandaag afscheid van Wallonië. De wens de groep te verlaten is in de Europese Unie eigenlijk alomtegenwoordig. Landstreken streven, net als de staten waar ze deel van uitmaken, naar erkenning van hun identiteit. Allemaal hebben ze een afkeer van centraal opgelegde mores en gezag. En de meeste hebben geen afkeer van “opwaaiend stof”.

Zelfs in ons eigen landje ligt het gevaar van afsplitsing op de loer. Ik denk aan Friesland. Laten we wel wezen, de Friezen spreken hun eigen taal en ze hebben, min of meer, een eigen identiteit. Daarbij komt dat de Friezen, sinds de Slag bij Warns, de dominante Hollanders nooit echt hebben gemogen. Soms duiken er berichten op over een verlangen naar een “Groot-Friesland”.  We kunnen dat landsdeel maar beter in de gaten houden.

Maar daarmee zijn we er nog niet. In het zuiden van Friesland ligt Stellingwerf. De lui die daar wonen zijn nooit echte Friezen geweest. Ze spreken de taal niet eens, maar in plaats daarvan een Nedersaksisch dialect. Let op, een scheuring dreigt! Als de Friezen zouden besluiten tot een Frexit dan volgt er, onontkoombaar, een Stellingexit.

Ik kan dit nog verder uitsplitsen naar West- en Ooststellingwerf, maar dat hoeft niet. Ze vinden daar de uitgang zelf wel.

 

 

 

 

© 2016 Paul Christiaan Smis